Broedseizoen 2022: weersextremen en predatiedruk

Weersextremen
Het weidevogelseizoen van 2022 kende wederom veel weersextremen. Het voorjaar startte na nattigheid en storm in februari met veel zon en droogte in maart. De aanhoudende droogte was voor het eerste legsel van veel kieviten funest omdat er te weinig voedsel voor de kievitskuikens beschikbaar was. De meeste insectensoorten hebben namelijk natte omstandigheden nodig.

De maand april startte met sneeuw gevolgd door een korte periode met buien en wind. Voor de eerste gruttokuikens, die een paar weken later uit hun ei kruipen dan de eerste kievitskuikens, kwam de regen in april net op tijd. Zij profiteerden van de redelijke omstandigheden en een insecten piek. Plaatselijk veroorzaakten regen en kou, in combinatie met hoge predatie, wel een laag broedsucces. Kuikens verkleumden of vonden niet genoeg voedsel of vielen ten prooi aan de predatoren.

Later in het broedseizoen volgde droog en zonnig lenteweer waarbij koelte en warmte elkaar afwisselden en het neerslagtekort opliep. Maar vanaf de tweede helft van mei en in juni werden zonnige perioden onderbroken door enkele storingen van één of enkele dagen met regen en wind. De maand juli was zeer droog met nauwelijks regen.

 

Veel last-minutebeheer
De maand juni was voor iedereen die zich bezighoudt met weidevogelbeheer hectisch! Dit jaar hebben we net zoals vorig jaar in al onze 11 mozaïeken gedurende de maand juni meerdere malen last-minute beheer of kuikenvelden toegepast. Boeren, nazorgers, mozaïekregisseurs en gebiedscoördinatoren waren druk met elkaar in overleg om te kijken waar wel en waar niet gemaaid kon worden. Namens collectief Súdwestkust een woord van dank aan deze mensen. Deze samenwerking is super! Resultaat geeft motivatie.

Veel last-minute beheer betekent dat er nog veel kuikens aanwezig waren die nog net niet vliegvlug zijn. Dit beeld kwam ook naar voren uit de drie alarmtelrondes. Vanuit het veld kregen we regelmatig meldingen van adulten die nog met drie of zelf vier kuikens rondliepen.

 

Minder predatiedruk
In de winterperiode werden er door ons cameranetwerk op veel plaatsen kleine marterachtigen geregistreerd. De angst was dus groot dat deze tijdens het broedseizoen de open graslanden weer zouden gaan bezoeken. Gaandeweg het broedseizoen bleek dit niet het geval en bleven de legsels in de meeste mozaïeken gespaard.

Ook de predatiedruk van de luchtpredatoren, uitgezonderd de bruine kiekendief, was minder. Je ziet toch dat wanneer er nog veel weidevogels met jongen bij elkaar zijn de luchtpredatoren minder succesvol zijn. Het blijft echter een punt van aandacht. Vanuit onze gehele werkgebied maar vooral vanuit De Samenvoeging, de Workumerwaard en Skriezekrite Idzegea kregen we wel verontrustende berichten over de predatiedruk van de bruine kiekendief. De hele dag door vliegen ze af en aan en jagen ze op kuikens. Zelfs vlieg vlugge kuikens zijn niet veilig. Zorgelijk! De buizerd is dit jaar minder waargenomen waarschijnlijk heeft de populatie een forse klap gehad door de vogelgriep.

 

Samenwerken
Ook dit jaar speelden de weersomstandigheden weer een grote rol. De inzet van de boeren en de samenwerking tussen de vrijwilligers, TBO’s en de boeren heeft een positief effect op het broedsucces van de weidevogels. Deze intensieve samenwerking gedurende de eerste maanden van het jaar resulteert steeds vaker en meer in de ideale broedbiotoop voor weidevogels. Met de middelen die we tot onze beschikking hebben weten we in alle mozaïeken ware weidevogelparels te realiseren.

De vrijwillige inzet van al deze mensen geeft ook maar weer aan hoe kwetsbaar de opzet van het weidevogelbeheer in Nederland is. De komende jaren zullen we met elkaar hard moeten blijven werken aan meer geschikt biotoop in een open weidevogellandschap. Het is aan de provincie Fryslân om perspectief te blijven bieden op het gebied van predatiebeheer. Op deze manier blijft er draagvlak om de schouders er onder te blijven zetten.


Resultaat
In een aantal mozaïeken lukt het om voor de grutto een BTS (Bruto Territoriaal Succes) te halen van boven de 70%. 70% is de streefwaarde zoals benoemt in de nota Weidevogels 2021-2030. Bij een BTS van 70% blijft de populatie in stand. Alles daarboven betekent een populatie groei, alles daaronder….….. De weersomstandigheden in combinatie met een te hoge predatiedruk zorgt ervoor dat we in een aantal mozaïeken niet de streefwaarde van 70% behalen.

Het gemiddelde BTS van 11 mozaïeken komt dit jaar op 73% dat is gelijk aan 2021.

Voor meer informatie over de broedresultaten in Fryslân zie  https://sudwestkust.nl/jaarberichtweidevogels2022/