Perioden alarmtellingen bekend
De periodes voor de alarmtellingen worden ieder jaar bepaald aan de hand van de piek in de eileg van de grutto’s. Pas als die piek achter de rug is, kan er gerekend worden.
2019 leek een vroeg seizoen te worden, met een eerste kievitsei op 28 februari. De eerste pullen van de kievit werden al op 8 april gemeld. Het weer bleef warm, maar regen bleef uit. De droogte vormde een bedreiging voor die eerste kuikens. Veel grutto’s leken de eileg uit te stellen. De piek in meldingen is hierdoor ook niet vroeger gekomen dan vorig jaar, toen we een laat voorjaar hadden. De periodes voor alarmtellingen vallen daardoor ook vrij laat.
Goed om te weten:
- We tellen we niet het aantal individuele vogels, maar de aantallen alarmerende ouderparen! Vijf alarmerende grutto’s komen hierdoor neer op drie alarmerende ouderparen.
- De periodes duren allemaal 8 dagen. Binnen een bepaald gebied (omringd door natuurlijke barrières als kanalen, bebouwing en bos) wordt op één moment geteld, om dubbeltellingen en/of missers te voorkomen.
- In gebieden waar 15 juni-beheer ligt, wordt de 3etelling bij voorkeur voor de 15e gedaan, zodat bij het maaien (of uitstellen daarvan) nog rekening met de uitslag kan worden gehouden.
- De vogelwachten op de eilanden hebben afwijkende data voor het alarmtellen gekregen, omdat het seizoen daar flink later begint dan op ‘het vaste land’.
NB. de tellingen worden gecoördineerd door de BFVW.
De alarmtellingen in 2019:
Periode 1: 18 tot en met 26 mei
Periode 2: 30 mei tot en met 6 juni
Periode 3: 10 tot en met 17 juni